naar Referendum 2005 - thuispagina
VOORWOORD                                                                             terug naar hoofdpagina ...


Na zes maanden van intensief nadenken, ben ik tot een argumentatie omtrent
het "grondwettelijk verdrag"[voor Europa] gekomen, die, ofschoon uitgaande van haar, verder rijkt dan haar, een argumentatie die rechts noch links is, die een historisch gevaar aantoont voor ons allemaal, en die boven de politiek staat.

Zes maanden gelden, in september 2004, was ik net als iedereen gunstig gestemd voor die tekst zonder haar te hebben gelezen, gewoon uit principe, om vooruitgang te boeken, ofschoon ik heel goed wist dat de [Europese] instellingen verre van volmaakt waren. Ik wilde niet behoren tot diegenen die een rem zetten op Europa. Ik ben ervan overtuigd dat de overgrote meerderheid van de Europeanen, het onderscheid links/rechts te boven, gecharmeerd zijn van het mooie idee van een broederlijker en sterker verenigd Europa.

Ik had de tekst dus niet gelezen, en ik had er ook echt de tijd niet voor: te veel werk ... Europa is ook nogal ver van mijn bed, en met al die politici voelde ik me beschermd: indien iets foutliep, dan zouden er wel enkele tussen zitten om ons te beschermen... en ik wilde ook geen "politiek bedrijven"; met andere woorden, ik wilde niet mijn eigen belangen ter hand nemen.

Toentertijd al, waren er oproepen tégen het verdrag, maar die kwamen uit de extreme hoeken van het politieke spectrum, waardoor ik er niet eens aan begon hun argumenten te lezen. Ik bleef vertrouwen in de mening van de meerderheid, de hoofdstroom, zonder de ideeën voor mijzelf na te gaan.

En toen opeens kwamen er oproepen [om NEE te stemmen] van personen die niet van enig anti-europeanisme verdacht konden worden. Ik las die oproepen, zonder me te bekommeren om de herkomst, en vond hun argumenten heel overtuigend. Ik ben toen boeken gaan lezen, veel boeken, van [franse] schrijvers uit allerlei hoeken: Fabius [franse socialist en ex-minister, stemt NEE], Strauss-Khan [prominente franse socialist, stemt JA], Giscard [franse liberaal, ex-president van Frankrijk, stemt JA], Jennar [econoom, stemt NEE], Fitoussi, Généreux [franse socialist, stemt NEE], enz., en nog veel méér artikelen van voorstanders van het verdrag, want ik wilde me ervan gewissen me niet te vergissen. En hoe meer ik las, des te ongeruster werd ik. En nu kan ik uiteindelijk alleen nog maar hieraan denken, slaap ik er bijna niet meer van, en ben ik gewoonweg bang iets onmisbaars te verliezen: een bescherming tegen willekeur.

Ook nu nog ga ik door met het lezen van alle bijdragen [en tussenkomsten], zowel van de voorstanders als van de tegenstanders [van het verdrag], en ben ik nog steeds opzoek naar een eventuele fout in mijn redenering, en de tekst die u nu leest is een oproep om na te denken en [samen] verder te komen [in het debat]: als u een fout denkt te hebben gevonden, laten we er dan over praten, maar dan wel, en dat is heel belangrijk, op een rustige en eerlijke manier alstublieft. Ik kan me natuurlijk vergissen, al probeer ik dat echt te voorkomen, dus laten we er samen over nadenken, als u dat wilt natuurlijk.

Ik zie het een beetje als mijn taak als leraar in de rechten [op de middelbare school], om er wat meer over te praten dan andere mensen, met mijn collega's, maar ook met mijn leerlingen, en met journalisten. Ik zou me medeplichtig voelen [aan het verdrag] als ik mijn mond niet open zou doen.

Zo heb ik meer dan tien ernstige redenen gevonden om mij tegen deze buitengewoon gevaarlijke tekst te keren, en nog eens tien andere redenen om deze onaangename tekst, die eigenlijk helemaal niet broederlijk is, af te wijzen. Maar de vijf sterkste argumenten, die het meest overtuigend zijn, zijn pas laat tevoorschijn gekomen want er is veel werk voor nodig om ze aan het daglicht te brengen. Zij gaan dwars door alle politieke stromingen heen omdat wat zij aankaarten, niets minder is dan nu juist de mogelijkheid om een politieke opvatting erop na te houden. Het zijn die argumenten, de vijf belangrijkste, die ik onder uw aandacht zou willen brengen, en waarover ik uw mening zou willen vragen, opdat we er samen over mogen praten, want de journalisten onthouden ons van publieke debatten.



terug naar hoofdpagina ...